Universitair docent Annemieke Klijn schreef een interessant verslag over de belangrijke rol van het Universiteitsfonds Limburg/SWOL bij de oprichting van de Rijkuniversiteit Limburg (nu Universiteit Maastricht). Met haar toestemming presenteren we het verslag graag aan u, verdeeld over zes korte hoofdstukken. Dit is het tweede deel. Lees hier hoofdstuk 1.
De Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Limburg
‘‘Het was pas nadat Limburg het streven naar een universiteit van katholieke signatuur had opgegeven, dat zich nieuwe kansen aandienden. De in 1964 benoemde Commissaris van de Koningin Charles van Rooy (zie foto), een KVP ’er die een tijdje minister van Sociale Zaken was geweest, besefte dat Limburg gegeven de ingezette ontzuiling zich niet moest blijven vastklampen aan het idee van een katholieke instelling. Gegeven ook de snelle bevolkingsgroei in Limburg in combinatie met het toenemend aantal studenten meende hij dat deze provincie zich opnieuw hard moest maken voor een universiteit. Zo kwam op initiatief van Van Rooy op 8 november 1965 de Stichting Wetenschappelijk Onderwijs Limburg (SWOL) tot stand. Doel was om een universiteit in Limburg van de grond te krijgen door het organiseren van een stevige politieke lobby richting Den Haag én het mobiliseren van de ‘Limburgse gemeenschap’ die in actie moest komen voor een universiteit. Samenwerking en overleg met personen en instellingen in het buitenland om dat doel te bereiken, zag de SWOL eveneens als taak voor zich weg gelegd. Het pleidooi van Coopmans werd dus opgepakt.
Op 28 december 1965 kwam de SWOL voor het eerst bijeen in de Statenzaal van het Provinciehuis. Het algemeen bestuur bestond uit 60 leden: 59 mannen en slechts enkele vrouwen, onder wie ‘mejuffrouw’ Truus Kok, maatschappelijk werkster bij de Staatsmijnen en tevens Tweede Kamerlid voor de KVP. De bestuursleden kwamen uit de hele provincie: veelal hoogleraren, burgemeesters, Tweede Kamerleden en vertegenwoordigers van het bedrijfsleven, zoals bijvoorbeeld Henri Gelissen, directeur van de Provinciale Limburgse Electriciteits Maatschappij. Van Rooy had naar een breed draagvlak gezocht en openingen richting Den Haag. Zo kwam niet alleen het Tweede Kamerlid, de KVP’er, A.M.I.H. Fons Baeten de SWOL versterken, maar ook het politieke zwaargewicht Sjeng Tans, een belangrijke figuur in de Partij van de Arbeid (PvdA). De Maastrichtenaar en katholieke doorbraak-socialist Tans zag het als een vorm van eerherstel, dat Van Rooy hem had gevraagd om in de SWOL te zitten. Hij was een van de weinige, zo niet de enige niet-KVP’er in het gezelschap. Tans was in 1957 nog geweerd uit de Studiecommissie Hoger Onderwijs’, omdat hij als actief PvdA[1]politicus onacceptabel was voor het Limburgse katholieke establishment. De strijdvaardige Tans had het in 1963 geschopt tot voorzitter van de PvdA en bekend onderwijsspecialist in de Tweede Kamer.
De SWOL was een soort Limburgs ‘eenheidsfront’, maar, zo beklemtoonde voorzitter Van Rooy tijdens de installatie van de SWOL, een Limburgse universiteit moest er natuurlijk ook voor niet-Limburgers zijn. De minister van Economische Zaken Joop Den Uyl van de PvdA vlak daarvoor, namelijk op 17 december 1965, in de Heerlense schouwburg de sluiting van de mijnen had aangekondigd, maakte een economische herstructurering in Limburg noodzakelijk – zo verklaarde Van Rooy, die op de eerste bijeenkomst van de SWOL aangaf dat de nieuw te stichten universiteit een cruciale rol in die economische herstructurering zou spelen. Hij dacht aan universitaire opleidingen in economie, rechten, sociologie en psychologie.
Wat Van Rooy eind 1965 niet kon bevroeden, was dat er in de zomer van 1966 op het departement van Onderwijs en Wetenschappen gesproken werd over een eventuele achtste medische faculteit. De zevende medische faculteit was in het voorjaar van 1965 aan Rotterdam toegewezen. Het aantal geneeskundestudenten én de behoefte aan artsen bleven echter zo toenemen, dat een achtste medische faculteit ter discussie kwam. Om zich over dit vraagstuk te buigen, werd eind december 1966 de Studiecommissie Achtste Medische Faculteit in het leven geroepen onder voorzitterschap van Gerard van Walsum, een prominent lid van de PvdA.”
Tekst: Annemieke Klijn (universitair docent & curator Art and Heritage Committee, Faculteit der Cultuur- en Maatschappijwetenschappen, Universiteit Maastricht)
Beeld: Charles Van Rooy, geschilderd door Charles Eyck – met dank aan de Provincie Limburg
Klik hier voor hoofdstuk 3: ‘Een achtste medische faculteit?’.